In Tilburg vond 5 juni de werkconferentie ‘Ervaringsdeskundigheid: een vak apart of een apart vak?’ plaats. De deelnemers bleken unaniem in hun oordeel: de inbreng van ervaringsdeskundigen is van toegevoegde waarde in de verstandelijk gehandicaptenzorg.
De werkconferentie werd bezocht door ruim 250 cliënten, begeleiders, managers en bestuurders van zorgorganisaties uit heel Nederland. Zorgorganisatie Dichterbij werd vertegenwoordigd door de ervaringsdeskundigen Marleen Beekman en Anneke van der Cruijsen. Beiden zijn zowel binnen als buiten Dichterbij actief: bij de Hogeschool Arnhem/Nijmegen als co-docent en bij Radboudumc als co-onderzoeker.
Anneke vertelde in Tilburg over haar eigen ontwikkeling. “Vroeger kreeg ik geen kansen. Dagbesteding, dat was mijn eindstation, werd me verteld. Maar ik heb geleerd dat ik me daar niet bij neer moet leggen.” Na het volgen van de opleiding is Anneke nu alweer enige tijd actief als ervaringsdeskundige. “Ik heb echt het gevoel dat ik anderen kan helpen.”
Ze was een van de vele ervaringsdeskundigen die bij de conferentie aan het woord kwamen. Allen maakten hetzelfde gevecht mee: dat ze moesten knokken om te laten zien dat ze wel iets konden.
Bezigheden
Behalve luisteren naar vele boeiende verhalen, waren er ook workshops te volgen. Die gaven een goed overzicht van de bezigheden van ervaringsdeskundigen. Zeer uiteenlopend:
Raymond Stegen, directeur Expertise bij Dichterbij, vond die laatste (het aanwezig zijn van ervaringsdeskundigen bij de intakeprocedure van een nieuwe cliënt voor bijvoorbeeld een nieuwe woonplek) een goede aanvulling. “Samen kunnen we ervoor zorgen dat de inbreng van ervaringsdeskundigheid vanzelfsprekend wordt.” |
Lees het volledige verslag van de werkconferentie ‘Ervaringsdeskundigheid: een vak apart of een apart vak?’ op de website van Dichterbij.