Nog te vaak krijgen jongeren en volwassenen met autisme eerst een verkeerde diagnose. Hierdoor duurt het langer voordat zij de juiste hulpverlening en ondersteuning. Voor jongeren duurt het 5 jaar, bij volwassenen 8 jaar voordat ze de juiste diagnose krijgen.
Dit blijkt uit onderzoek van Patricia van Deurzen, Lisette Verhoeven en Wouter Staal dat de werkgroep Vanuit autisme bekeken heeft overhandigd aan staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Martin van Rijn.
De onderzoekers analyseerden 814 dossiers van twee instellingen: Karakter (kinder- en jeugdpsychiatrisch ziekenhuis in Oost-Nederland) en het dr. Leo Kannerhuis (landelijk autisme expertisecentrum in Doorwerth). De dossiers zijn van patiënten die in de periode mei 2013 - april 2014 naar deze instellingen zijn verwezen voor een diagnose of behandeling.
Psychische aandoeningen
Een belangrijke oorzaak van de trage einddiagnose is dat vaak eerst een andere diagnose wordt gesteld, zoals borderline, verslaving of depressie. De helft van de mensen in de onderzochte casussen heeft naast autisme ook een andere psychische aandoening, die eerder zichtbaar of gemakkelijker vast te stellen is. Hierdoor wordt autisme in eerste instantie over het hoofd gezien. Er is wel verbetering zichtbaar: recente trajecten duren korter dan trajecten van een aantal jaren geleden.
Experts adviseren om in autisme gespecialiseerde diagnostici (psychiaters) eerder in te schakelen, bijvoorbeeld via consulten bij huisartsen en andere eerstelijns hulpverleners.
Het onderzoek is te downloaden op de site van de Nederlandse vereniging voor autisme.