E-health in de zorg voor mensen met een licht verstandelijke beperking

Cathelijn Oudshoorn heeft onderzoek gedaan naar digitale technologie (E-health) in de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking. Haar proefschrift is onlangs goedgekeurd en verdedigt ze op 7 februari. De focus ligt op E-health voor de ondersteuning in het dagelijks leven of therapie bij mensen met een licht verstandelijke beperking. Bij haar onderzoek zijn ook twee meetinstrumenten gepubliceerd waarmee je het gebruik van technologie kan bevragen.

Voor haar proefschrift met de titel ‘eHealth for support and psychological therapy amongst people with intellectual disabilities: chance and challenge’ sprak orthopedagoog en GZ-psycholoog Cathelijn met cliënten, zorgverleners en naasten. Hoe kijken cliënten naar digitale technologie? Als voordelen noemden zij onafhankelijkheid en sociale contacten. Nadelen waren er ook: gebrek aan goede apparatuur en instructie. Dat laatste werd ook vaak genoemd door zorgmedewerkers.

Samenwerking en gebruik
Voor Cathelijn was het belangrijk om te weten hoe mensen de samenwerking waarderen als je in de zorgverlening E-health toevoegt. Ze paste twee bestaande meetinstrumenten aan, zodat die geschikt werden voor de gehandicaptenzorg. Met de ene vragenlijst wordt de samenwerking gemeten bij direct contact, de andere vragenlijst is voor bij gebruik van digitale technologie. Zo is een goede vergelijking mogelijk in de verschillende samenwerkingen. Dit gebeurde vanuit de Academische Werkplaats Leven met een verstandelijke beperking (Tranzo, Tilburg University).

Voordelen en drempels
De onderzoekster ziet de voordelen van E-health-toepassingen, die bij juist gebruik heel effectief kunnen zijn. Toch zijn er vaak veel drempels bij cliënten en therapeuten of begeleiders. Cathelijn onderzocht daarom hoe je E-health wel succesvol kunt toevoegen aan het zorgaanbod, want digitale technologie kan het werk leuker en makkelijker maken en het leven van de cliënt beter, zo stelt ze.

De coronaperiode was een uitgelezen kans om de effecten van beeldbellen te bekijken. Dat bleek niet voor alle cliënten een geschikte oplossing, maar behandelaren konden best wat stress wegnemen bij cliënten die ze met beeldbellen wel konden bereiken.

Digicoach
Haar onderzoek deed Cathelijn bij ASVZ, waar ze ook werkzaam is. Bij deze zorgorganisatie zijn digicoaches in dienst. Want laagdrempelige ondersteuning is van groot belang. Dan gaat het niet alleen over ‘hoe werkt de digitale tool’, maar ook over hoe je cliënten kunt enthousiasmeren over de tool en hoe past het in de doelen die samen besproken zijn.  |