Waar oud-studiegenoten nu de titel GZ-psycholoog dragen en in aanmerking komen voor diverse functies, verkoos Nicole van Troost haar principes boven registratie als orthopedagoog. Lees erover in haar blog 'Dankbaar werk' over haar visie op de zorg aan mensen met een verstandelijke beperking.
Toen ik in 1995 afstudeerde als orthopedagoog, vond er net een verandering plaats in het werkveld, die BIG registratie heette. Voortaan strekte het zacht uitgedrukt tot de aanbeveling wanneer je niet alleen een universitair diploma had, maar eveneens BIG-geregistreerd was.
Agogenpluche
Indertijd werkte ik ambulant bij een grote zorginstelling, waar een aantal heren op leeftijd al jaren comfortabel in het agogenpluche zat. Op basis van het aantal uren dat zij daar hadden gewerkt werden zij automatisch BIG geregistreerd.
Ik was toen pas een aantal jaar geleden afgestudeerd en kwam in aanmerking voor BIG registratie wanneer ik diverse dure postdoctorale opleidingen zou doen en daarbij een ervaringswerkplek zou vinden, alwaar ik enkele jaren onbetaald vlieguren zou mogen draaien. Ik maakte in die tijd deel uit van een professioneel en gedreven team collega’s, dat qua beroepsinhoud bij de tijd was ( – er zelfs op vooruit liep! -) en elkaar scherp hield waar het de nieuwste ontwikkelingen in ons vak betrof.
Principes
Hoewel ik nog niet zoveel vlieguren had gemaakt, betwijfelde ik toch of de automatische BIG registratie van de heren agoog bij de instelling wel zo terecht was en in ieder geval vond ik de wijze waarop ik geacht werd voor registratie in aanmerking te komen onterecht. Ik kwam in aanmerking voor een overgangsregeling, maar uit principe nam ik hier niet aan deel.
Dom wellicht.
Want waar oud studiegenoten nu de titel GZ-psycholoog dragen en in aanmerking komen voor diverse functies, ben ik geen geregistreerd orthopedagoog en word daarmee door vele verzekeraars niet vergoed.
Wat heb je dan aan principes?
Vlieguren
Ik werk al twintig jaar met hart, ziel en die verdomde principes voor- en met mensen met een verstandelijke beperking, en hun ouders en begeleiders. Maar als ik me nu wil laten registreren bij de NVO dan heeft dat opnieuw heel wat voeten in de aarde. Want ik ben meer dan tien jaar geleden afgestudeerd en dus dien ik de nodige postdoctorale opleidingen te volgen en op diverse wijzen aan te tonen dat ik in de afgelopen jaren de gewenste- en vereiste vlieguren heb gemaakt.
Ik betwijfel of dat laatste zo is. Want al die standaard orthopedagogen werkzaamheden, zoals zo mooi in taakfunctie omschrijvingen verwoord, heb ik vermoedelijk niet uitgevoerd op de manier zoals het hoort. Ik ben mijn eigen weg gegaan. Ik heb gekozen voor nabijheid en contact met de mensen voor wie ik werk. Ik heb antwoorden niet gezocht in het uitvoeren van tests of het meten van een IQ, maar in het samen leven met de ander en het luisteren naar zijn/haar verhaal.
Meebeleefd
Ik heb met medewerkers geen competentiespel gespeeld, maar ben naast ze gaan staan en heb meebeleefd wat zij beleven. Ik heb met aandacht geluisterd naar ouders en vaak genoeg een traantje weggepinkt tijdens of na een gesprek. Ik heb dag en nacht klaar gestaan voor mijn huisgenoten met een beperking, en moeten leren dat ik soms niet bij machte ben hen te helpen. Ik heb de verhalen verteld die zij mij vaak zonder woorden vertelden, en daarmee het contact tussen hen en de omgeving verbeterd.
En zo heb ik mijn ‘vlieguren’ gemaakt, waarbij ik de grond ook regelmatig heb geraakt. Maar ik geloof niet dat dat telt in registratieland. Ik geloof niet dat een zorgverzekeraar dat erkent als zijnde voldoende ervaring om mijn ondersteuning als orthopedagoog te vergoeden. Misschien heb ik het mis. Maar ruim twintig jaar na mijn afstuderen ben ik nog steeds een principiële piloot. Nog steeds eigenwijs, maar trouw aan mezelf. |
Door Nicole van Troost, orthopedagoog en begeleider. Zij schrijft onder meer het weblog 'Dankbaar werk, waar deze aflevering als eerste in januari 2015 verscheen.