Kenniscentrum verstandelijk gehandicaptenzorg
Menu

Grenzen aangeven in seksueel gedrag in gehandicaptenzorg

23 februari 2016 Tjitske Gijzen Geen reacties

Een van de oorzaken dat seksueel misbruik in de verstandelijk gehandicaptenzorg zoveel voorkomt, is dat mensen niet goed leren wat de grenzen zijn. Hoe je dat doet vertelden Jeroen Hindriks en Christel van der Horst 18 februari op de Klik studiemiddag Seksualiteit en geweld.

‘Wat vinden jullie van ons?’ De oefening waarmee Christel en Jeroen van deBlikopeners de studiemiddag beginnen maakt gelijk duidelijk hoezeer we ons op het uiterlijk baseren. Jeroen oogt met zijn petje ‘minder serieus’ zegt een deelnemer, Christel ziet er wat ‘netter’ uit. “Terwijl ik nogal chaotisch ben, en Jeroen juist heel geordend,” zegt Christel. “Bij cliënten hebben we ook vaak een onjuist beeld. Zo denken we dat ze zijn voorgelicht over seksualiteit en dat ze het wel weten, zonder dat we dit checken.”

Aan de hand van stellingen maken ze duidelijk dat de seksuele ontwikkeling al vroeg begint, zoals Daphne Kemner in de studieochtend over seksualiteit benoemde, namelijk al vanaf de geboorte. Seksuele voorlichting is dus ook al vroeg nodig, en is een van de belangrijkste middelen ter voorkoming van misbruik.

Sexting
Verder benadrukken ze dat sexting, het doorsturen van seksueel getinte foto’s/filmpjes, iets is dat ook onder jongeren met een licht verstandelijke beperking voorkomt. “Sexting kan leuk zijn, als je als partners onderling een spannend filmpje deelt bijvoorbeeld. Maar maak cliënten duidelijk dat onder de 18 jaar sexting strafbaar is, want dan maak je je schuldig aan het verspreiden van kinderporno,” zegt Jeroen.

Iets dat ook niet alle aanwezigen wisten, is dat grooming de digitale vorm is van kinderlokken. “Wees alert op verdachte profielen op Facebook, iemand met weinig vrienden of alleen maar in een zelfde leeftijdscategorie. Zo iemand kan op iets anders uit zijn,” waarschuwde Christel.

18febblikopeners.jpg

Vragen naar misbruik
Het werkt preventief als je cliënten regelmatig bevraagt naar ervaringen met mogelijk grensoverschrijdend gedrag, luidt een van de stellingen. Dat is het geval, maar, vraagt iemand uit de zaal, wat als een cliënt bij wie je heel sterk het vermoeden hebt van misbruik, dit toch ontkent? Een andere deelnemer herkent dit en reageert: “Bij een cliënt van ons duurde het ook jaren voor ze er mee naar buiten kwam.”

“Het kan een overlevingsmechanisme zijn om het misbruik te ontkennen, doorduwen heeft dan geen zin,” zegt Christel. “Maar het vragen naar een trauma, hoeft niet opnieuw een trauma op te leveren,” zegt Jeroen. “Dus blijf vragen. Wij spreken soms mensen die misbruikt zijn, en zeggen: niemand heeft er ooit naar gevraagd.”

2 vragen
“Als er sprake is van misbruik, ga dan nooit zelf op onderzoek uit of de cliënt verhoren,” zegt Jeroen. Christel vult aan: “Stel alleen deze 2 vragen:

  1. Wat is er gebeurd?
  2. Wat vindt jij er van?

Maak hiervan een letterlijk verslag en ga hiermee naar je leidinggevende. Als hulpverlener reageren we vaak vanuit onze buik, en willen gaan redderen. Maar we zijn niet opgeleid voor waarheidsvinding.” Jeroen en Christel verwijzen hiervoor ook nog naar een training en spel die je helpen de stappen te volgen van de Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling, meer informatie hierover via info@pankowenzow.nl.

Mag ik aan je zitten?

In een oefening verkennen de deelnemers hun eigen grenzen, als ze aan elkaar vragen of ze hun been, arm, gezicht mogen aanraken of kussen. “Ga je de grens over, of durf je nee te zeggen? En hoe doe je dit bij cliënten, mag iedereen iemand knuffelen, een nachtzoen geven? Een van de oorzaken van misbruik in instellingen, is dat grenzen niet goed zijn aangeleerd,” vertellen Jeroen en Christel.

Vlaggensysteem
Vervolgens geven ze uitleg over het vlaggensysteem dat helpt grensoverschrijdend gedrag te herkennen:

  • Groene vlag= aanvaardbaar seksueel gedrag: wederzijdse toestemming, geen dwang.
  • Gele vlag= licht grensoverschrijdend gedrag: klein risico mee verbonden, kleine afwijking voor de leeftijd
  • Rode vlag= ernstig grensoverschrijdend seksueel gedrag: eenmalige ingrijpend seksueel contact, gevaarlijk, dwang, geweld en ongelijkwaardig
  • Zwarte vlag= zwaar grensoverschrijdend seksueel gedrag: herhaald rood gedrag, schadelijk, grote afwijking van de norm, zware dreiging, angst.

Aan de hand van verschillende situaties kunnen de deelnemers aangeven welke vlag van toepassing is, en welke reacties nodig zijn oplopend van bespreken tot begrenzen, verbieden en bestraffen.

Tot slot vertellen Christel en Jeroen hoe je kunt beoordelen en uitleggen wat gepast en ongepast seksueel gedrag is aan de hand van 6 criteria:

  1. Toestemming: betrokkenen zijn akkoord en voelen zich er prettig bij
  2. Vrijwilligheid: geen dwang, beloning, chantage, geweld of pijn
  3. Gelijkwaardigheid: geen groter leeftijdsverschil dan 3 jaar, evenwicht in intelligentie, aanzien, macht, ervaring van partners
  4. Ontwikkeling: gedrag passend bij ontwikkelingsfase
  5. Context: regels zijn situatiegebonden, contexten waar minder privacy mogelijk is, is minder seksueel gedrag acceptabel
  6. Zelfrespect: Seksueel gedrag mag geen fysieke, emotionele of psychische schade veroorzaken.


Tekst Tjitske Gijzen. Meer weten:

Wil je reageren op dit artikel? Log dan in als abonnee!