De Groningse gehandicaptenorganisatie Novo heeft een woon- en behandelcentrum in Onnen gesloten vlak voordat de Inspectie voor de volksgezondheid er verscherpt toezicht wilde instellen. Het behandelcentrum was bestemd voor licht verstandelijk gehandicapte jongeren en volwassenen met ernstige gedragsproblemen.
Aanleiding voor het onderzoek van de Inspectie was de dood van een 44-jarige cliënte vorig jaar, nadat zij door vier begeleiders in een separeerruimte tegen de grond was gedrukt. In het rapport over de locatie in Onnen schetst de Inspectie een grimmig beeld over de voorziening, waar mensen vrijwillig werden opgenomen, maar desondanks werden blootgesteld aan veel beperkende maatregelen en onderdrukking. Volgens het rapport zijn begeleiders niet goed opgeleid voor de problemen waarmee ze te maken hebben, worden ze onvoldoende gesteund, en was er een enorm personeelsverloop.
Met de sluiting heeft Novo het verscherpt toezicht afgewend, maar de Inspectie gaat de komende tijd wel alle andere tachtig vestigingen van Novo bezoeken.
Niet vervolgd
Er waren twijfels over de verklaringen van de vier begeleiders, maar justitie heeft besloten hen niet te vervolgen, omdat er geen sprake zou zijn geweest van uitzonderlijk geweld en de begeleiders uit noodweer zouden hebben gehandeld. De vrouw overleed als gevolg van verwondingen en bloedingen. Ze had onder meer gebroken ribben en verwondingen aan hals, nek en mond, en had mogelijk gebrek aanzuurstof. De medewerkers zouden onvoldoende getraind zijn in het voorkomen van agressie en in het toepassen van fixatie.
Het radioprogramma Argos besteedde zaterdag 8 juni aandacht aan de dood van de bewoonster. Nabestaanden van de vrouw zeggen in Argos dat de vrouw bont en blauw was en dat haar neus en mond kapot waren.