Het Openbaar ministerie heeft in hoger beroep 10 jaar gevangenisstraf geëist tegen voormalig zwemleraar Benno L., omdat bewezen wordt geacht, dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan een groot aantal zedenmisdrijven met tientallen jonge meisjes, van wie velen een beperking hebben.
De rechtbank veroordeelde Benno L. eerder tot 7 jaar gevangenisstraf. Het Om en de verdachte stelden hoger beroep in. De hogere eis is gesteld wegens het grote aantal slachtoffertjes en het leed bij de kinderen en de ouders. Ook vindt het Om dat de nu geëiste straf recht doet aan de berekenende manier waarop de verdachte in zijn positie als zwemleraar zijn pedoseksuele behoeftes bevredigde.
Het hoger beroep van het Om richtte zich vooral tegen het niet opleggen van een Ter beschikking stelling (Tbs) met dwangverpleging. Het Om achtte het gevaar voor herhaling erg groot en vond om die reden dat nadere rapportage nodig was. De psychiater en psycholoog die dat hebben gedaan ondersteunen eerdere conclusies: er is wel sprake van een stoornis, maar de kans op herhaling is niet groot. Ambulante behandeling kan volstaan. Daarom heeft het Om ook nu geen Tbs geëist.