Van alle Nederlanders met een verstandelijke beperking (circa 142.000 mensen) heeft bijna 25 procent ook epilepsie. Beide aandoeningen kunnen zorgen voor bijkomende klachten. Maar welke klacht wordt nu waardoor veroorzaakt? En wat betekent dat voor de diagnostiek? Gedragswetenschapper Jans van Ool deed een promotiestudie in het Centrum voor Epilepsiewoonzorg Kempenhaeghe naar de samenhang tussen epilepsie, verstandelijke beperking en stemmings- en gedragproblemen. Zij promoveerde 9 januari in Maastricht op het onderwerp.
Met haar onderzoek wil Van Ool enerzijds de klinische professional bij de diagnostische beeldvorming helpen en anderzijds de behandeling verder verbeteren bij het dagelijks functioneren van mensen met zowel een verstandelijke beperking als epilepsie.
Volgens de onderzoeker is de samenhang tussen de gebieden complex. In de studie heeft zij getracht de relatie tussen de epilepsie, de verstandelijke beperking en de neuropsychiatrische problematiek in kaart te brengen. Ook heeft ze gekeken naar methodologische aspecten die de diagnostiek bij de doelgroep kan helpen bevorderen. “Inzicht dat de klinische professional en uiteindelijk ook de cliënt helpt in het dagelijks functioneren met epilepsie en een verstandelijke beperking”, aldus Van Ool.
Diversiteit
De aanbevelingen die de orthopedagoog doet naar aanleiding van haar promotiestudie, zijn met name gericht op klinische professionals. Zij moeten rekening houden met een grote diversiteit aan neuropsychiatrische problematiek die een complexe samenhang heeft met de epilepsie en de verstandelijke beperking.
Daar komt bij dat die relatie blijkt te verschillen per neuropsychiatrische comorbiditeit (het tegelijkertijd voorkomen voor twee of meer aandoeningen/stoornissen bij één persoon). “De rol van de epilepsiefactoren lijkt relatief klein te zijn ten opzichte van de verstandelijke beperking. De diagnostiek naar dergelijke problematiek, en een regelmatige screening op signalen kan daarom het beste geïntegreerd worden in een multidisciplinaire aanpak”, aldus Van Ool.
Het onderzoek van Jans van Ool stond niet op zichzelf, maar maakte deel uit van een duo-promotietraject. Arts voor verstandelijk gehandicapten Francesca Snoeijen-Schouwenaars participeerde hierin; zij richtte zich meer op de medische kant. Het vond plaats binnen het gespecialiseerde Centrum voor Epilepsiewoonzorg, onderdeel van Kempenhaeghe. Dat is een van de twee Nederlandse expertisecentra in epilepsie. |
Proefschrift ‘Diagnostic and neuropsychiatric comorbidities in epilepsy and intellectual disability: psychological perspectives’. Door Jans van Ool.