Bij een onbekend aantal Denen met een verstandelijke beperking is tussen 1947 en 1983 lobotomie toegepast. Daarbij wordt de verbinding tussen het voorste gedeelte van de hersenen en de rest doorgesneden, vaak door de oogkassen heen.
De Deense historicus Jesper Vaczy Kragh heeft een boek geschreven over het onderwerp. In de Deense media is er breeduit over bericht. Met de ingreep werd geprobeerd psychische stoornissen te verhelpen, maar de effecten bleken onvoorspelbaar en de operatie had vaak veel negatieve gevolgen. "De artsen dachten niet dat ze de patiënten volledig konden genezen, maar ze wilden hen kalmeren, en hun toestand verbeteren," zei Jesper Vaczy Kragh in het Kristelig Dagbladet.
"Wat bij sommige verstandelijk gehandicapten is gebeurd, was eigenlijk erger dan wat in de psychiatrie voorkwam." Vaczy Kragh doelt op de vele operaties bij kinderen vanaf 6 jaar van wie de hersenen nog niet volledig waren ontwikkeld. Tussen 1947 en 1983, het jaar waarin lobotomie werd verboden, ondergingen 4.500 Denen de ingreep. 7,6 procent van de patiënten overleefde de ingreep niet. Nog steeds is onbekend hoeveel mensen met een verstandelijke beperking daarbij waren. De Deense minister van volksgezondheid wil dat verder laten uitzoeken.
Het boek 'De hvide snit' (De witte insnijding) van Vaczy Kragh komt in oktober uit. Hij beschrijft daarin zijn analyse van de medische dossiers van met lobotomie behandelde patiënten. Zo ontdekte hij dat het nogal eens om verstandelijk gehandicapten en kinderen ging.