Het norovirus, in de volksmond ‘buikgriep’, veroorzaakt elk jaar weer grote problemen. Eind vorig jaar kampten zorgorganisaties Amerpoort en Frion met de gevolgen van dit vervelende virus. In zorginstellingen is de kans op een uitbraak groter. Hoe voorkom je dat veel mensen besmet raken? 5 praktische tips van Zorg voor beter.
Het norovirus
Noro kan voorkomen in groente, fruit, rauwe schaal- en schelpdieren en is zeer besmettelijk. Klachten treden meestal vrij snel na besmetting op en variëren van misselijkheid tot heftig braken en diarree.
Vaak gaan de symptomen vanzelf over na een aantal dagen. Je kunt ook besmet zijn (en besmettelijk zijn voor anderen) zonder dat je zelf klachten hebt.
Grotere kans
Omdat in zorginstellingen relatief veel mensen op elkaar zitten en vaak een verzwakt of aangetast immuunsysteem hebben, is de kans op uitbraak hier groter. Het kan zo zijn dat de helft van de bewoners en de helft van het personeel ziek is.
Goede handhygiëne, goed reinigen en desinfecteren (van gebruikte materialen, van handcontactplekken, van beddengoed enz) zijn belangrijk om verdere besmetting via braaksel of diarree te voorkomen.’
Maatregelen
De richtlijn Norovirus is in juni 2016 verschenen en geschreven door de Werkgroep Infectie Preventie en het Landelijk Coordinatie Infectieziektenbestrijding. 5 praktische tips bij buikgriep (norovirus) uit deze richtlijn via Zorg voor beter:
1. Start snel met maatregelen
Begin direct met infectiepreventiemaatregelen wanneer meerdere mensen tegelijkertijd in een groep symptomen hebben van diarree en/of braken. De infectiepreventiemaatregelen zijn het meest effectief als er snel wordt gestart. Wacht niet totdat de diagnose norovirus met laboratoriumonderzoek is vastgesteld, er gaat dan kostbare tijd verloren (pag. 9). Houd wel in de gaten of het klachtenpatroon bij norovirus blijft passen. Er kan een andere infectie doorheen gaan spelen. Het lijkt een open deur, maar toch belangrijk.
2. Registreer nieuwe ziektegevallen
Registreer per dag per afdeling de personen (cliënten én medewerkers) met (nieuwe) klachten van braken en/of diarree. Precieze registratie van (nieuwe) ziektegevallen geeft overzicht en controle op de effectiviteit van de bestrijding. Door per afdeling daglijsten bij te houden van de personen met (nieuwe) klachten, is het moment te bepalen wanneer de maatregelen weer kunnen stoppen (pag. 11).
3. Handhygiëne
Continueer de voor de instelling gebruikelijke methode van handhygiëne: handalcohol of wassen met water en zeep. De methode van handhygiëne wordt vrijgelaten. Men adviseert om door te gaan met de gebruikelijke manier van handhygiëne; dus blijf wassen als dat in jouw huis de standaard is en blijf desinfecteren als dat in jouw huis de standaard is. Eerder was het advies om bij Noro handen te wassen en niet te desinfecteren; nu blijkt dat desinfectans de hoeveelheid norovirus wel verlaagd. Handdesinfectans verlaagt daarnaast ook beter de hoeveelheid andere, mogelijk aanwezige, micro-organismen. Eisen voor handdesinfectants: bij voorkeur een bewezen effect op norovirus (pag. 13).
4. Reinigen en desinfecteren: hoe en wat
Op pagina 16 en 17 in de richtlijn staat concreet en uitgebreid beschreven: wat, wanneer, hoe vaak en waarmee gereinigd en gedesinfecteerd moet worden. Dus met welk doekje, welk schoonmaakmiddel of welk desinfectiemiddel en hoe vaak per dag. Ook deurkrukken, kranen enz. niet vergeten. Beddegoed niet wapperen en geen lucht uit de waszakken duwen. Ga ook zorgvuldig om met het wasgoed van de cliënt (pag. 18).
5. Wanneer mag personeel weer werken?
Medewerkers/vrijwilligers mogen na het stoppen van de klachten (=24 uur vrij van braken/diarree) weer werken, bij voorkeur op een uitbraakafdeling (pag. 12).
Video over uitbraak Norovirus
Deze zeven minuten durende film van GGD Rotterdam-Rijnmond is bedoeld voor zorgmedewerkers in verpleeghuizen en woonzorgcentra die te maken krijgen met een uitbraak van norovirus. De film laat zien hoe het virus zich verspreidt en wat medewerkers zelf kunnen doen om zichzelf en anderen te beschermen, met als belangrijkste maatregel het handen wassen.