Nieuws 26/5
26 mei 2006
Door de redactie
Geen reacties
Ouderschap ontmoedigen
De William Schrikker groep, die pleegzorg en andere gedwongen hulpverlening biedt aan verstandelijk gehandicapten, vindt dat het ontmoedigen van zwangerschappen veel leed van kinderen en ouders voorkomt. ‘In de praktijk blijkt overduidelijk dat ouderschap van mensen met een verstandelijke beperking veel vaker misloopt dan in het onderzoek van VWS, voorjaar 2005, is aangetoond.’ William Schrikker maakte dat standpunt openbaar aan de vooravond van het overleg in de Tweede Kamer over het ontmoedigingsbeleid van staatssecretaris Ross.
‘De medewerkers van de William Schrikker groep hebben tot taak om verandering te brengen in een onverantwoorde opvoedingssituatie. Het voorkómen van onverantwoord ouderschap ligt in het verlengde van die taak, en het wordt als professioneel en ethisch handelen beschouwd om het leed dat voor een kind en zijn ouder(s) het gevolg is van falend ouderschap, proberen te voorkomen. Tenzij ouders met een verstandelijke beperking omringd worden door een betrouwbaar steunend en voortdurend beschikbaar sociaal of professioneel netwerk, zullen de chronische tekorten in de sociale redzaamheid en het denk- en leervermogen veelal leiden tot onverantwoorde opvoedingssituaties.’
Tijdens het Kamerdebat stelde de VVD dat baby’s van verstandelijk gehandicapte ouders die al eerder hebben gefaald, onmiddellijk na de geboorte uit huis moeten worden geplaatst. Kamerlid Anouchka van Miltenburg: “We moeten niet wachten tot het weer misgaat. De kinderen verdienen bescherming.”
Ontheffing sollicitatieplicht
Werkloze en gedeeltelijk arbeidsgeschikte vrijwilligers en mantelzorgers kunnen vanaf 1 oktober tijdelijk een ontheffing krijgen van de sollicitatieplicht.
Dat heeft het kabinet besloten. Tot nu toe kunnen alleen oudere mantelzorgers en vrijwilligers in bepaalde gevallen worden vrijgesteld van de sollicitatieplicht. De nieuwe regeling is niet leeftijdgebonden.
Loverboys
Licht verstandelijk gehandicapte meisjes zijn een makkelijke prooi voor zogeheten loverboys: jeugdige pooiers die eerst doen alsof zij een relatie met een meisje willen aangaan, en haar dan de prostitutie in werken.
Het EO-radioprogramma De ochtenden maakte hierover een reportage. Een begeleider van een Amsterdamse instelling zegt daarin schuldbewust: ‘Ik heb het gewoon niet gezien.” De loverboys presenteren zich als keurige jongens, geven cadeautjes aan hun ‘vriendinnetje’ en dan is zij opeens vertrokken. “Dat vriendje kwam wekenlang hier binnen.” Toen de begeleiders hoorden dat het meisje al een paar weken niet naar school was geweest, ontdekten zij dat zij “op de Wallen achter het raam” zat.
Ook bij Groot Emaus in Ermelo gebeurt het, vertelden medewerkers in de radio-uitzending. De jongens rijden in hun auto over het terrein, op zoek naar meisjes. “Zij zien eruit als normaal begaafde meiden, en zijn daardoor extra kwetsbaar. Ze komen vaak uit een verwaarloosd gezin, ze hebben minder sociale vaardigheden. Vaak hebben ze niet door dat ze misbruikt worden.” Op Groot Emaus worden ‘verdachte’ auto’s nu aangehouden.
Er zijn meisjes verdwenen, of soms wordt iemand naar een gesloten afdeling overgeplaatst.
De hele uitzending is te horen op www.ochtenden.nl.
Risico zelfdoding onvoldoende onderkend
Het suïciderisico bij licht verstandelijk gehandicapten wordt onvoldoende onderkend, vindt de Inspectie voor de gezondheidszorg.
Zij meldt in haar pas verschenen Jaarbericht 2005: ‘Zorgaanbieders moeten het risico van suïcide meewegen wanneer zij beoordelen of (licht) verstandelijk gehandicapten zelfstandig kunnen wonen. Dat geldt vooral voor cliënten die psychiatrische problemen hebben (gehad) en daarvoor hulp ontvangen (hebben) van de geestelijke gezondheidszorg. Het is de vraag of zorginstellingen wel alle suïcide(pogingen) bij de Inspectie melden.’
De inspectie kreeg in de eerste helft van 2005 uit Noord-Brabant en Limburg van vier instellingen vier meldingen van een (al dan niet geslaagde) poging tot zelfdoding. Uit de rest van Nederland kwamen twee meldingen. Tot vorig jaar kreeg de Inspectie vrijwel nooit meldingen. Sinds de wijziging van de Kwaliteitswet zorginstellingen in juni 2005 zijn zorginstellingen verplicht, calamiteiten bij de Inspectie te melden. Zij zijn in november 2005 daarop gewezen.
De binnengekomen meldingen betroffen vier licht verstandelijk gehandicapten die begeleid zelfstandig wonen. ‘Zij werden alle vier ambulant behandeld door een psychiater. Deze cliënten hadden verslavingsproblemen met alcohol en/of drugs, gebruikten overmatig medicijnen en hadden een negatief zelfbeeld,’ meldt de Inspectie. ‘De begeleiding van licht verstandelijk gehandicapte cliënten levert bijna altijd een dilemma op. Enerzijds hebben deze mensen recht op autonomie, maar anderzijds hebben ze bescherming nodig. In alle vier gevallen stelt de Inspectie na onderzoek vragen bij de risico-inschatting die de zorgaanbieders hebben gemaakt toen de wens aan de orde was ondanks hun psychiatrische stoornis zelfstandig te wonen.’
Seksueel misbruik is zorgwekkend
De Inspectie noemt in haar Jaarbericht ook 70 meldingen van seksueel grensoverschrijdend gedrag. ‘Dat waren er elf minder dan in 2004, maar de Inspectie verbindt daar vooralsnog geen hoopvolle conclusies aan. In vergelijking met andere sectoren van de zorg blijft het aantal meldingen in de verstandelijk gehandicaptenzorg zorgwekkend hoog.’
Zaken die een instelling of de Inspectie bij Justitie heeft gemeld, zijn ‘vaak’ geseponeerd. ‘Een veel gehoord argument is dat er gezien de verstandelijke beperking van de cliënten, weinig te doen is tegen seksueel misbruik.’
Geen toezicht ontbreekt op particuliere instellingen
De Inspectie maakt zich ook zorgen over het toenemend aantal particuliere instellingen.
‘Vanwege plaatsgebrek worden verstandelijk gehandicapten ondergebracht bij onder andere particuliere zorgverleners op wie niemand toezicht houdt. Deze kwetsbare gehandicapten zijn voor wat betreft het toezicht op de zorg die zij krijgen, hun bejegening en behandeling afhankelijk van het informele toezicht van mensen uit hun persoonlijke netwerk. De Inspectie is bezorgd over de kwaliteit van de zorg die een aantal van deze particulieren levert. De marktwerking in de gezondheidszorg leidt ertoe dat er nieuwe aanbieders in de gehandicaptenzorg zijn. Daarbij zijn mensen met goede bedoelingen, maar ook commerciële ondernemers die het vooral om de winst is te doen.’
Het aantal particuliere zorgaanbieders is onbekend, ze worden niet geregistreerd. De Inspectie houdt geen actief toezicht op deze aanbieders. Zij onderneemt alleen actie als er klachten komen. Het zorgkantoor ziet er uitsluitend op toe dat de klant zijn PGB (persoonsgebonden budget) aan zorg besteedt.
Volgens de Inspectie zijn de meeste cliënten van particuliere zorgverleners licht verstandelijk gehandicapten ‘voor wie in de reguliere zorg geen plaats is, of voor wie zeer lange wachtlijsten bestaan; jongeren en jongvolwassenen die vanwege hun gedrag ook niet bij hun familie kunnen blijven wonen. Bij gebrek aan een alternatief leiden bureaus Jeugdzorg of Mee deze cliënten naar een particuliere zorgverlener. De Inspectie vindt dat deze instanties er daardoor ook voor verantwoordelijk zijn dat de cliënten verantwoorde zorg krijgen.’
‘De bejegening van de cliënten is vaak gebaseerd op goede bedoelingen in plaats van op professioneel handelen.’
Regels voor busjes niet versoepeld
Minister Peijs van Verkeer is niet van plan om de regels voor taxivervoer en kleine busjes, te versoepelen.
Volgende NBAV, een organisatie van aanbieders van aangepaste vakanties, worden reizen voor gehandicapten daardoor onbetaalbaar. (Meer informatie in eerdere Nieuws-afleveringen en in KLIK van maart 2006.) Peijs antwoordde dit op vragen van de CDA-fractie in de Tweede Kamer.
Markeer als favoriet