Mensen die een lichamelijke beperking hebben, mogen bij verkiezingen in het stemhokje geholpen worden bij het stemmen. Om dit ook mogelijk te maken voor mensen met een verstandelijke beperking of dementie en mensen die laaggeletterd zijn, komt er een Tijdelijke experimentenwet bijstand in het stemhokje.
In zo’n vijftien gemeenten wordt de tijdelijke experimentenwet ingevoerd. Welke gemeenten dit zijn, is nog niet bekend, omdat gemeenten zich nog kunnen aanmelden. Wel is al duidelijk dat het experiment een looptijd van zeven jaar heeft.
Aan de buitenkant is meestal niet te zien is of iemand dement is, een verstandelijke beperking heeft of laaggeletterd is. Daarom geldt de hulp bij het stemmen voor iedereen die dit wil. De hulp wordt geboden door een lid van het stembureau om ongewenste beïnvloeding tegen te gaan.
De afdeling advisering van de Raad van State heeft een aantal adviezen voorgesteld om het experiment in goede banen te leiden, zoals training van de stembureauleden en de wijze waarop mensen kenbaar kunnen maken dat zij hulp willen bij het stemmen. Ook is het belangrijk om vooraf in kaart te brengen tegen welke problemen laaggeletterden, mensen met een verstandelijke beperking of dementie aanlopen als zij gaan stemmen, omdat het om zo’n gevarieerde groep mensen gaat. |