Een kind dat voor de geboorte wordt geopereerd aan een open ruggetje (spina bifida) is er op latere leeftijd lichamelijk beter aan toe dan kinderen bij wie de operatie vlak na de geboorte is verricht. Amerikaanse wetenschappers komen tot die conclusie na een groot bevolkingsonderzoek.
Het soort kinderen uit het Amerikaanse onderzoek wordt in Nederland nauwelijks meer geboren. Hier krijgen alle zwangeren de 20-wekenecho aangeboden. Bijna alle zwangerschappen waarbij sprake is van een foetus met spina bifida, worden afgebroken. Vroeger opereerden artsen enkele kinderen per maand aan een open rug, nu per jaar.
Baby's met een ernstige vorm van spina bifida komen ter wereld met een gat in hun onderrug. De zenuwbuis is vroeg in de zwangerschap niet goed gesloten. Zenuwvliezen en ruggemerg liggen bloot.
Na de gebruikelijke operatie in de eerste week na de geboorte kan een op de vijf kinderen later zonder hulpmiddelen lopen. Na een operatie in de baarmoeder verdubbelt dat aantal. Ook de noodzaak voor een shunt om hersenvocht af te voeren (waterhoofd) verminderde bij prenataal geopereerde kinderen. In beide groepen waren de verstandelijke handicaps gelijk.
Het artikel 'A rendomized trial of prenatal versus postnatal repair of myelomeningocele' staat in The New England journal of medicine van 9 februari.