Ze hebben altijd recht op een vergoeding die is gebaseerd op de prijs van openbaarvervoerkaartjes, met aftrek van een eigen bijdrage van 25 euro per maand. Directie en ondernemingsraad van een bedrijf in de sociale werkvoorziening verschilden van mening over de vergoeding. De werkgever wilde alleen een vergoeding betalen aan werknemers die gebruik maakten van het door de werkgever aangeboden groepsvervoer. Werknemers die op eigen houtje naar hun werk gingen, kregen niks.
De kwestie is voorgelegd aan CNV Publieke Zaak. Die stelde dat op grond van de cao de tegemoetkoming woon-werkverkeer moet worden toegekend, ongeacht hoe de werknemer reist. Het Technisch overleg sociale werkvoorziening nam die opvatting over. Lees meer op www.cnvpubliekezaak.nl.