Kenniscentrum verstandelijk gehandicaptenzorg
Menu

Te weinig aandacht voor verschillen hindert integratie van mensen met beperkingen

27 januari 2016 Tjitske Gijzen Geen reacties

Er is te weinig aandacht voor de verschillen tussen mensen met en zonder beperkingen bij wijken voor ‘omgekeerde integratie’. Daardoor ontstaan er nauwelijks echte ontmoetingen in buurten waar instellingsterreinen zijn getransformeerd tot bijzondere woonwijken. Dat concludeert Gustaaf Bos, die op onderzoek hiernaar promoveerde aan de Willem van den Bergh-leerstoel aan de Vrije Universiteit.

Mensen met een (dikwijls ernstige) verstandelijke beperking en/of gedragsproblemen krijgen in ‘omgekeerde integratie’-wijken nieuwe buren: mensen zonder verstandelijke beperking. Klik schreef eerder al over de nieuwe wijk van zorgorganisatie Abrona: Sterrenberg, waar dit proces van ‘aan elkaar wennen’ een aantal jaar geleden in gang werd gezet en ook nog niet altijd even vlekkeloos liep.

De ’s Heeren Loo Zorggroep, Severinus en Abrona maakten de afgelopen twee decennia werk van omgekeerde integratie. Hiermee brachten zij twee zeer diverse groepen mensen met variërende achtergronden en eigenschappen bij elkaar. De zorgaanbieders beseften dat door grote individuele verschillen, onderlinge contacten in het dagelijks leven allerminst vanzelfsprekend zijn. Daarom deed Gustaaf Bos voor de Vrije Universiteit Amsterdam tussen 2010 en 2015 etnografisch onderzoek.

Contact lamgelegd
Hij noemt het meest opmerkelijk dat de betrokkenen (vooral zorgverleners) sterk geneigd zijn om tijdens alledaagse ontmoetingen met mensen met een verstandelijke beperking ongemak en potentiële conflicten te voorkomen. Een begeleider die een buurman waarschuwt voor een mogelijk agressieve cliënt bijvoorbeeld, en daarmee bij voorbaat alle contact lamlegt, zo vertelde Bos eerder in een uitgebreid artikel in Klik over integratie.

Mede hierdoor is er volgens hem in het dagelijks leven in omgekeerde-integratiesettingen weinig contact tussen buurtgenoten met en zonder verstandelijke beperking. Tijdens de ontmoetingen die wél plaatsvinden, hebben de betrokkenen zonder verstandelijke beperking eveneens weinig aandacht voor de verwarrende kanten van interpersoonlijk verschil. “Ook in de beleidsstukken van zorgaanbieders en de overheid schitteren ongemakkelijke en verwarrende verschillen vooral door afwezigheid,” aldus Bos.

Tips
Bos noemt vier praktische aanbevelingen die tot meer echte contacten tussen mensen met en zonder beperkingen kunnen leiden:

             Ruimte en aandacht voor verbinding door kleine verhalen

             Een inspirerende en faciliterende zorginstelling

             De zorgverlener als participerende observant

             In beroepsonderwijs leren reflecteren op de zorgrelatie


Dialoog
“Er is een dialoog nodig over de positie van andersheid in (omgekeerde) integratiesettingen. Een dialoog tussen de directbetrokkenen, familieleden, belangenbehartigers, zorgverleners en natuurlijk de beleidsmakers van zorginstellingen en de overheid,” besluit Bos.

Als aanzet voor die dialoog organiseerde de Vrije Universiteit samen met de ’s Heeren Loo Zorggroep, Severinus en Abrona een symposium over dit onderwerp. Aansluitend volgde de promotie van Gustaaf Bos.

Lees hier het proefschrift Antwoorden op andersheid. Over ontmoetingen tussen mensen met en zonder verstandelijke beperking in omgekeerde- integratiesettingen (pdf).

Of lees de eerdere Klik-reportages over

Wil je reageren op dit artikel? Log dan in als abonnee!