Onthoud mensen met een verstandelijke beperking geen informatie bij verlies van dierbaren of vertrek van begeleiders. Bescherm ze niet, maar help ze de werkelijkheid onder ogen te zien en te begrijpen. Die tips gaf Manu Keirse, hoogleraar KU Leuven, in een avond over rouwverwerking van zorgorganisatie Sig in Destelbergen (België).
Rouw- en verliesverwerking van mensen met een verstandelijke beperking begint bij hun begeleiders, vertelde Keirse. "Als die geen kennis hebben van wat rouw en verlies kunnen betekenen, zijn cliënten daar de dupe van." Begeleiders moeten zich volgens hem realiseren dat cliënten net als ieder ander het verlies voelen, en vaak te maken hebben met meerdere verliezen: van mogelijkheden, ouderlijk huis, vertrouwde medebewoners of begeleiders, dierbaren.
Op rouw rust vaak een taboe, terwijl het ook iets moois betekent, zei Keirse: "Vreugde en verdriet liggen dicht bij elkaar. Je voelt verdriet, omdat je in staat bent van iemand te houden, de kern van het mens zijn."
Anders leren vasthouden
Een mythe over rouw is dat tijd alle wonden heelt. "Onzin," aldus Keirse, "verdriet kan altijd boven blijven komen. Verlies verwerken betekent ook niet loslaten, maar anders leren vasthouden van de herinnering aan een dierbare." Verlies verwerken is dan ook rouwarbeid, waarbij een begeleider volgens Keirse op vier manieren kan helpen:
1. Luisteren, aanwezig zijn met heel je lijf, goed kijken en niet oordelen of advies geven.
2. Correcte informatie geven, hoe moeilijk het ook is.
3. Iemand met warmte en genegenheid omringen.
4. Herinneringen aan de dierbare levendig bewaren.
Specifiek voor mensen met een verstandelijke beperking gaf Keirse de volgende aanbevelingen:
Prof. dr. Manu Keirse is klinisch psycholoog aan de KU Leuven en heeft verschillende boeken over rouw en verdriet geschreven.