Terwijl ik in de richting van de woning van zes pubermeiden loop, check ik nog even mijn mobiele netwerk. In mijn linkerhand mijn iPhone, voor privézaken, en rechts de BlackBerry, voor het werk. Ik zeg het meteen maar eerlijk: ik houd van mijn telefoons, met heel mijn hart. Licht voorovergebogen, zonder nog iets op te merken van wat zich om mij heen afspeelt, tweet, app, ping, pong, por, tagg en krabbel ik in één moeite door. Ik kan het in het Nederlands, maar draai mijn hand niet om voor een vleugje Engels er doorheen #easy.Column van Margreet PereboomTekening Josje van Koppen
"Hé Margreet, jij bent ook een homo digidinges hoor!"
"Huh, wat ben ik? Een homo-wat?"
Lachend staan er drie meiden bij de voordeur. Ze hebben alle drie een mobiele telefoon in hun hand #leukleven.
Tja, het hoort erbij. Ook in de zorg hebben we te maken met deze ontwikkelingen. Er zitten voordelen aan. De social media helpen mensen met een beperking beslist aan een groter netwerk, en ze kunnen hun contacten ook makkelijker onderhouden.
Weinig zicht
Aan de andere kant hebben we wel te maken met behoorlijk kwetsbare mensen. Eerlijk gezegd hebben we weinig zicht op wat ze allemaal voor contacten aanknopen via die handige apparaatjes. Dat geldt ook voor de jonge, knappe, makkelijk te beïnvloeden meiden in deze woning. Ze wonen stuk voor stuk zowat hun hele leven al in instellingen. Ze hoppen van de ene woongroep naar de volgende, en hebben al een onafzienbare stoet van begeleiders aan zich voorbij zien komen. Ze doen best stoer, maar onder dat buitenste laagje hebben ze hetzelfde nodig als iedereen: liefde, veiligheid, zekerheid, waardering en erkenning, zelfontplooiing. Iemand die er onvoorwaardelijk voor hen is, en die hen bijstaat in deze moeilijke wereld. Wij begeleiders willen dat wel, maar we kunnen het niet altijd. Bovendien staan onze eigen normen en waarden ook wel eens in de weg.
Onenigheid
De mobiele telefoon is een permanent punt van onenigheid tussen onze teamleden en de jongeren. "Leg dat ding nou eens eventjes weg."
"Jongens, ruzie los je niet op via facebook." Nee, maar hoe dan wel? Als je nooit hebt geleerd hoe je ruzie oplost. Als je altijd al hebt moeten vechten om te overleven. Als je niet kunt overzien welke gevaren er kleven aan de social media. Als je....
Regels
Wij hulpverleners lossen een bron van onenigheid graag op met regels: wanneer mag je bellen, hoe lang? Als je dit of dat niet doet, mag je vanavond niet op de computer. We willen het scherm van de computer in de huiskamer hebben, en zo opgesteld, dat we kunnen zien waar je mee bezig bent. De begeleider heeft (bij misbruik) op elk moment recht om de cliënt van de computer af te halen.
Ik kan het zo gek niet bedenken, of er is wel een regel voor.
Ik begrijp die bezorgdheid wel, maar we lossen het niet op met regels die wij bedenken. Als we aansluiting willen vinden bij de meiden, kunnen we er beter eens wat luchtiger mee omgaan. #zinan.
Jammer joh
Ik heb er ook niet per direct een antwoord op #jammerjoh. Wat ik wel weet is dat er minder hunkering is naar de virtuele wereld, als we er samen met de meiden voor zorgen dat hun dagen interessant zijn, met leuk werk, een spannende sport of andere hobby's. #echtwaar. Het klinkt simpel, maar mijn telefoon brandt ook in mijn zak als er in de woning weinig te doen is. #fire.
Aansluiting zoeken
En hoe denken cliënten er zelf over? Toch een uitdaging om ook wat dit onderwerp betreft aansluiting te zoeken bij hun leefwereld. En daarmee bedoel ik niet alleen 'dat wat gezegd wordt' maar de hele interactie van nabijheid bieden, afstand nemen, verbondenheid tonen, vragen en antwoorden, luisteren en op elkaar reageren #dialoog.
"Huh, wat ben ik? Een homo-wat?"
"Ja, een homo en dan nog iets". Dat is het nieuwe woord, zegt Soraya. Ik heb geen idee waar ze het over heeft. Begeleider Mark weet er meer van en geeft uitleg: een homo digitalis-mobilis. Dat betekent dat je verslaafd bent aan social media #schuldig.
We gaan aan tafel. Doe ik wel vaker hier. Het zijn geen ontspannen maaltijden. Al voor we beginnen laait de discussie op over dat de telefoons uit en weg moeten #help.
Goed voorbeeld
Mark schuift aan, nonchalant gaat hij zitten en schept op. Vervolgens pakt hij zijn BlackBerry en zet hem uit #goedvoorbeeld. Hij kijkt om zich heen en zegt laconiek: "De eerste van wie de telefoon gaat, moet een mop vertellen"#dislike. "Eet smakelijk allemaal," en hij neemt een hap #richtinggeven>.
Wat een wonderbaarlijke reactie volgt er op zijn boodschap: van deze meiden, maar ook van mijzelf. Ik ken geen mop en ik ben niet de enige. De paniek slaat toe. Alle IPhones komen boven tafel en ze worden allemaal uitgezet.
We kijken elkaar aan, slaken een zucht van verlichting en beginnen te lachen. Mark kijkt tevreden om zich heen, met vaderlijke trots. Zo kan het dus ook #vindikleuk Margreet Pereboom
Deze column van Margreet Pereboom staat in Klik nummer 3 2013.