Jonge mensen met een lichte verstandelijke beperking zijn maar beperkt in staat om verstandige beslissingen te nemen, en ze worden gemakkelijker dan anderen beïnvloed door leeftijdsgenoten. Gevolg is dat ze vaak riskant gedrag vertonen. Onderzoeker Anika Bexkens promoveert in Amsterdam op onderzoek naar deze groep zorgwekkende en overlast veroorzakende jongeren.
Jongeren met een lichte verstandelijke beperking maken zich vaker schuldig aan seksueel riskant gedrag, middelengebruik en criminaliteit dan leeftijdgenoten zonder beperking. Bexkens onderzoekt waarom zij zich zo vaak riskant gedragen. Ze vergelijkt licht verstandelijk gehandicapte jongeren met gedragsgestoorde jongeren, en met jongeren die zowel een verstandelijke beperking als een gedragsstoornis hebben.
Leeftijdgenoten
Volgens de onderzoeker ontbreekt het licht verstandelijk gehandicapte jongeren aan cognitieve vaardigheden (cognitieve controle/ informatie kunnen afwegen en op grond daarvan besluiten nemen) en kunnen ze leeftijdgenoten moeilijk weerstaan. Voor hulpverleners is dat geen nieuws, maar het is nu ook wetenschappelijk aangetoond. Een gevolg van die beperkingen is dat de jongeren veel risico's nemen. Overigens vinden ook licht verstandelijk gehandicapte jongeren zonder probleemgedrag het moeilijk om controle te houden over hun beslissingen.
Bezuinigingen
Licht verstandelijk beperkte jongeren hebben langdurig zorg en begeleiding nodig om veilig volwassen te kunnen worden. Bij de op stapel staande veranderingen/bezuinigingen in de jeugdzorg en in het onderwijs (passend onderwijs) wordt deze behoefte aan langdurige begeleiding over het hoofd gezien. Zonder adequate specialistische zorg en begeleiding kunnen de veranderingen leiden tot een toename van riskant gedrag, en zijn er minder mogelijkheden om preventief in te grijpen.
Beschermende relaties
Omdat licht verstandelijk beperkte jongeren zich veel meer dan gemiddeld laten beïnvloeden door leeftijdgenoten, ziet Bexkens daar een stevig aanknopingspunt om hun risicogedrag te verminderen. Breng hun sociale netwerk in kaart (Bexkens adviseert het Steunogram), en maak daarin onderscheid tussen beschermende en riskante relaties. Door die laatste te verzwakken en de eerste te versterken, zou de jongere minder de neiging hebben zich aan riskante bezigheden te wagen. Of dat zo is moet nog verder worden onderzocht. Ook de manier waarop jongeren cognitief en affectief besluiten nemen verdient verder onderzoek.
Risk-taking in adolscents with mild-to-borderline intellectual disability and/or behavior disorder.
An experimental study of cognitive and affective processes. Proefschrift van Anika Bexkens. Zij promoveerde 16 december aan de Universiteit van Amsterdam.