Werknemers die voor hulpbehoevende familie of een kennis zorgen, gaan niet minder uren werken, maar ze zijn wel vaker langdurig ziek. Dat is de conclusie uit een onderzoek van het Sociaal en cultureel planbureau: Concurrentie tussen mantelzorg en betaald werk.
Feiten uit het onderzoek van het Scp:
Gezondheidsklachten
In het rapport beschrijven onderzoekers Edith Josten en Alice de Boer hoe het percentage mantelzorgers onder werkenden de laatste jaren veranderde. Bovendien onderzochten zij of mensen die tussen 2004-2012 met mantelzorg zijn begonnen minder uren per week zijn gaan werken, en of hun gezondheidsklachten en ziekteverzuim zijn veranderd. De gegevens in deze studie komen uit een tweejaarlijks onderzoek van het Scp waarin zo'n 3.000-4.000 werkenden en niet-werkenden in de tijd worden gevolgd.
Meer mantelzorg
Conclusies: Werkenden zijn de laatste jaren vaker hulpbehoevende naasten gaan helpen.
Het percentage mantelzorgers onder werkenden stijgt. Terwijl het in de jaren 1996-2012 gelijk bleef, groeide het tussen 2004 en 2012 van 13% tot bijna 18%. Het gaat dan alleen om werkenden die naasten helpen met het huishouden of de persoonlijke verzorging; het databestand heeft geen informatie over het geven van begeleiding of helpen met de administratie.
De meeste werkenden verlenen geen omvangrijke zorg: in 2012 hielp ongeveer de helft van de werkende mantelzorgers maximaal 2 uur per week. Een kwart zorgde 2-4 uur. Nog eens een kwart gaf intensieve zorg van meer dan 4 uur per week.
Vrouwen boven de 45
Mantelzorg neemt vooral toe onder vrouwen van 45-65 jaar en mensen met een werkweek tot 28 uur. Deze groepen gaven altijd al meer hulp dan anderen, en het verschil is nog groter geworden. In 2004 verleende 25% van de werkende vrouwen van 45-65 jaar dit soort hulp; in 2012 was dat 34%. Bij mensen met een arbeidsduur tot 20 uur steeg het percentage mantelzorgers van 18% naar 28%, bij die met een werkweek van 20-28 uur van 18% naar 26%.
Niet minder werken
Werkenden die met mantelzorg beginnen, brengen hun uren even vaak terug als niet-mantelzorgers: 9% van hen was korter gaan werken en 4% werkte niet meer. Onder niet-mantelzorgers waren die percentages in dezelfde periode respectievelijk 9% en 3%. Ook wanneer de hulp al minstens twee jaar duurt, verkorten mantelzorgers hun werkweek niet vaker dan anderen. De hulp zal dus vaak ten koste gaan van de eigen vrije tijd. Alleen mantelzorgers met een grote werkweek die intensieve hulp, van meer dan vier uur per week, zijn gaan geven, gaan minder uren werken.
Langdurig verzuim
Werknemers voelen zich in het algemeen niet ongezonder als ze met mantelhulp beginnen. Alleen als ze intensieve zorg bieden, rapporteerden mantelzorgers een slechtere gezondheid dan ervoor.
OP den duur lopen werknemers die mantelzorg geven wel een groter risico op langdurend verzuim. Voor de mantelzorg was 10% van hen minstens twee weken achtereen in een jaar ziek geweest, erna 18%. Na twee jaar liefdewerk oud papier stijgt het percentage langdurig zieken naar 24%.
Concurrentie tussen mantelzorg en betaald werk, door Edith Josten, Alice de Boer, Sociaal en Cultureel Planbureau, maart 2015, gratis te downloaden op www.scp.nl