Betaal hulpvragers geen persoonsgebonden budget meer, maar verleen hun zorg in natura. Dat is volgens de Groningse universitair docent bestuursrecht Albertjan Tollenaar een betere aanpak van fraude met persoonsgebonden budgetten dan de controle op te schroeven.
"De overheid kan niet verstrekken wat de burgers willen, en dus krijgen burgers een zak geld, waarna ze het zelf maar moeten oplossen," zegt Tollenaar op de site van de Groningse universiteit. "Sinds begin 2005 is het middel pgb steeds populairder geworden. Om de burger keuzevrijheid te geven, maar ook om minder goede redenen. Zo is er een markt ontstaan met types die geld roken en zich als bemiddelaars zijn gaan opstellen. Die groep heeft daarmee de grenzen van het recht opgezocht."
Goedwillende burgers
De meeste pgb-ontvangers zijn goedwillende burgers, benadrukt Tollenaar. "Maar onjuist gebruik van sociale voorziening kan ook ontstaan door onwetendheid of een onhandige aanpak van goedwillende burgers. Zij besteden bijvoorbeeld het toegekende budget verkeerd. Dat is vaak vooral het gevolg van een beperkt begrip bij die burgers. De overheid verwacht administratieve capaciteiten van burgers die ze niet altijd hebben."
Onverstandig
En dan is er de categorie moedwillige fraudeurs. Tollenaar: "Elke regel kent fraudegevallen. Die zul je dan ook goed moeten aanpakken. Precies om die reden heeft staatssecretaris Van Rijn aangekondigd de controle vanaf komende maand flink op te voeren. Twintig procent van de mensen die een persoonsgebonden budget ontvangen, zal in de komende achttien maanden een controleur over de vloer krijgen."
Tollenaar staat niet te juichen over deze maatregel. "Een groot aantal gebruikers kan daarmee nog steeds ongecontroleerd zijn gang gaan. Bovendien resulteert extra controle in meer administratieve lasten. Zowel voor de burger als voor de overheid. Op het zorgbudget moet nu dus ook ineens een percentage gereserveerd worden voor overhead. Een bedrag dat daarmee niet meer besteed wordt aan zorg, maar aan ambtenaren. Dat is niet verstandig in tijden van schaarste."
Keuzevrijheid
Tollenaar vindt de keuzevrijheid bij het persoonsgebonden budget veel te groot en "het instrument is te populair geworden. Mensen vinden het een heel prettig instrument en zien het als een extra maandelijks inkomen. Maar je kunt ook besluiten dat iemand een scootmobiel krijgt als hij die nodig heeft, in plaats van een persoonsgebonden budget voor zijn vervoersbehoefte."
Het overgrote deel van de zorgvragen is volgens Tollenaar op te lossen met zorg in natura. "Op die manier weet je zeker dat het geld terecht komt bij de mensen die er recht op hebben. Met mensen voordat niet volstaat, kun je om tafel gaan zitten en overleggen wat de beste aanpak is. Wat we niet moeten doen, is eerst een pot met geld geven, wachten tot het verkeerd besteed wordt en dan achteraf proberen om die fout te herstellen. Dat is tamelijk zinloos, omdat het geld in veel gevallen toch niet meer terug te vorderen valt."
Slimmer handhaven
Tollenaar: "Op de korte termijn zou de overheid slimmer kunnen handhaven. Bijvoorbeeld door bestanden te koppelen, in kaart te brengen wie de aanvrager is en of diegene een geschiedenis heeft met misbruik. Bovendien zou je veel meer kunnen doen door risicoprofielen op te stellen om zo specifieke aanvragers extra in de gaten te houden. Het is ook mogelijk om aanvragers vooraf te overtuigen dat een pgb misschien niet de meest adequate oplossing is voor de zorgbehoefte of om het pgb te weigeren omdat redelijkerwijs niet kan worden verwacht dat het budget goed zal wordt besteed. Die maatregel kan nu al worden genomen, maar gemeentebesturen maken nauwelijks gebruik van die weigeringsgrond."
Vergelijkbare maatregelen kunnen volgens Tollenaar worden toegepast bij instellingen waar veel geld naartoe gaat vanuit de persoonsgebonden zorgbudgetten.
Lees Tollenaars betoog op de site van de Rijksuniversiteit Groningen